Tien uitzinnige jaren tussen oorlog en crisis in Amerika

‘The roaring twenties’, ‘the gay twenties’, ‘the jazz age’, ‘the fabulous twenties’ – er zijn vele namen gegeven aan dit vrolijke en dynamische decennium. De Eerste Wereldoorlog was voorbij en Amerika stond als wereldmacht definitief op de kaart. Economische groei en toenemende welvaart, technologische vernieuwingen, massaproductie en een vast voornemen de oorlogsjaren te vergeten en het leven te vieren, zorgden voor een tienjarige roes van optimisme en moderniteit.

De film ontwikkelt zich in de jaren twintig van sprakeloos tot geluidsfilm en van zwart-wit tot kleur. De radio verovert stormenderhand het hele continent en de meest populaire muziek – de jazz – klinkt van kust tot kust; niet alleen over de radio, maar ook in de tienduizenden Dancing Halls.
Ondertussen vindt er een sociale revolutie plaats waarin de rol en positie van de vrouw drastisch verandert. Een nieuwe vrouw komt er triomferend uit tevoorschijn: de flapper. Zij maakt gebruik van haar in 1920 verworven stemrecht, danst, rookt, drinkt, is zelfverzekerd en ondernemend.

Maar er zijn ook donkere kanten aan de roaring twenties. De ‘drooglegging’ geeft een enorme impuls aan de criminaliteit en zorgt voor het ontstaan van het gangsterdom en de Ku Klux Klan groeit uit tot een beweging met maar liefst vijf miljoen leden. Tegelijkertijd groeit het zelfbewustzijn van de zwarte bevolking, vooral in de grote steden in het noorden. Met de Harlem Renaissance krijgt zij een eigen stem.